Bij een opzegverbod mag uw werkgever de arbeidsovereenkomst niet opzeggen. Dit geldt bijvoorbeeld als u ziek bent. Als uw werkgever opzegt terwijl er een opzegverbod geldt, dan kunt u de opzegging ongedaan maken. U moet dan binnen 2 maanden na de opzegging een brief naar uw werkgever sturen. Het dienstverband loopt dan gewoon door en uw werkgever moet uw loon blijven betalen. Doet hij dat niet, dan kunt u naar de rechter gaan. De rechter kan uw werkgever alsnog verplichten om uw loon te betalen.

In de volgende situaties geldt het opzegverbod en mag uw werkgever u niet ontslaan:

  • Tijdens de eerste 2 jaar dat u ziek bent.
  • Als uw werkgever tijdens uw ziekte niet genoeg aan uw re-integratie heeft gedaan en hij u daarom langer loon moet doorbetalen.
  • Tijdens zwangerschap en tijdens zwangerschaps- en bevallingsverlof en tijdens de eerste 6 weken nadat u weer begonnen bent met werken.
  • Als u na het bevallingsverlof nog steeds ziek bent door de zwangerschap of de bevalling.
  • Als u op een kandidatenlijst staat of lid bent van een ondernemingsraad of personeelsvertegenwoordiging of arbocommissie (tot 2 jaar na het lidmaatschap).
  • Als u arbodeskundige bent.
  • Als u de (buitenlandse) militaire dienstplicht of vervangende dienst vervult.
  • Als er sprake is van een situatie die vergelijkbaar is met 1 van de hiervoor genoemde situaties.

Ook mag uw werkgever u niet ontslaan:

  • wegens een overgang van onderneming;
  • omdat u lid bent van een vakbond of deelneemt aan vakbondsactiviteiten;
  • omdat u ouderschapsverlof of zorgverlof wilt opnemen;
  • als u een functionaris gegevensbescherming bent en de uitvoering van uw taken de reden voor ontslag is.

Uitzonderingen op het opzegverbod

In de cao kunnen afwijkende regels staan. In sommige gevallen kan uw werkgever u toch ontslaan, ook al geldt er volgens de wet een opzegverbod of ontslagverbod. Controleer daarom altijd uw cao. Ook zijn er uitzonderingen op de opzegverboden. In de volgende situaties mag uw werkgever de arbeidsovereenkomst toch opzeggen:

  • U gaat schriftelijk akkoord met ontslag (en komt daar niet binnen 14 dagen op terug).
  • U zit nog in uw proeftijd.
  • U wordt op staande voet ontslagen.
  • De werkzaamheden van de onderneming eindigen (tenzij u zwangerschaps- of bevallingsverlof heeft).
  • U bereikt de AOW-leeftijd.

Het opzegverbod tijdens ziekte geldt ook niet in de volgende situaties:

  • U wordt ziek nadat UWV de ontslagaanvraag van uw werkgever heeft ontvangen.
  • U werkt zonder goede reden niet mee aan uw re-integratie. Uw werkgever moet dan een deskundigenoordeel aan de kantonrechter voorleggen.
  • U bent langer dan 2 jaar ziek en er is geen loonsanctie aan de werkgever opgelegd.

Werkt u 6 maanden of langer op de arbeidsplaats die vervalt en is er geen volledige bedrijfsbeëindiging? Dan geldt bij ontslag wegens bedrijfseconomische redenen ook géén opzegverbod in de volgende situaties:

  • U bent zwanger en de reden voor ontslag is beëindiging van het onderdeel van de onderneming waar u werkt, maar u heeft nog geen zwangerschaps- of bevallingsverlof.
  • U bent in (buitenlandse) militaire dienst en de reden voor ontslag is beëindiging van het onderdeel van de onderneming waar u werkt.
  • U bent (kandidaat-)lid van de OR of OR-commissie.

Geen opzegverbod bij faillissement of einde bedrijf

Als het bedrijf beëindigd wordt, geldt een opzegverbod niet. Bent u met zwangerschaps- of bevallingsverlof? Dan geldt dit opzegverbod wel. Beëindigt uw werkgever het onderdeel van het bedrijf waar u werkt, dan blijft het opzegverbod tijdens ziekte ook gelden.