Om het dagloon te berekenen, delen we het sv-loon van 1 jaar door 261. Deze berekening gebeurt in 4 stappen:
Voor het dagloon geldt een maximum. Soms is het door ons berekende dagloon een bedrag dat hoger is dan dit maximumdagloon. In dat geval gaan wij bij het vaststellen van de hoogte van de uitkering uit van het maximumdagloon. Werkgevers kunnen ervoor kiezen om zelf de uitkering van een werknemer aan te vullen. Maar dit is niet verplicht.
Bij de berekening van het dagloon houden we er geen rekening mee dat een werknemer een hoger loon krijgt nadat de uitkering is ingegaan. Het dagloon wordt wel hoger als het minimumloon stijgt (indexering). Dit gebeurt in januari en juli van elk jaar.
De precieze berekening van het dagloon verschilt per soort uitkering.
De referteperiode van 1 jaar eindigt op 1 van deze momenten:
Voor een WAO-uitkering berekenen wij het dagloon met het sv-loon dat een medewerker verdiende voordat deze WAO kreeg.
Bij een WIA-uitkering is de referteperiode het laatste jaar voordat iemand ziek werd. Die periode eindigt op:
Eerst berekenen we het WIA-dagloon. Op Voorbeeld berekening dagloon WIA leggen we dit verder uit. Met het dagloon berekenen we het WIA-maandloon. Op basis hiervan berekenen we de hoogte van de uitkering.
U kunt de informatie over uw loon controleren op Mijn UWV. Hoe u dit doet, staat op Arbeidsverleden en loongegevens. Zo weet u zeker dat u de juiste loongegevens aan ons doorgeeft.
Bij een WW-uitkering of een Ziektewet-uitkering nemen wij speciale loononderdelen mee als we het dagloon berekenen.
Voor de WW-uitkering rekenen wij bij het bepalen van het dagloon met gereserveerde loononderdelen in plaats van betaalde loononderdelen. Dit betekent dat wij het volgende doen:
Voor het dagloon voor een Ziektewet-uitkering nemen we het volgende loon mee:
Als de werknemer niet tijdens de hele referteperiode in dienst is geweest, dan kijken we naar een andere periode met dagen waarop de werknemer loon heeft ontvangen.
Is een werknemer na het begin van de referteperiode in dienst gekomen? We berekenen het dagloon dan met de loondagen vanaf het begin van het dienstverband tot en met de laatste dag van de referteperiode. We rekenen de dagen van maandag tot en met vrijdag. Wij delen het sv-loon door dit aantal loondagen. Dit is het dagloon.
Was het loon in de referteperiode lager door ziekte of verlof? Dan wijzigt de referteperiode niet. Voor de periode waarin de werknemer een lager loon had door ziekte of verlof, kijken we naar het loon dat de werknemer verdiende in de loonperiode van 4 weken of 1 maand vóór deze een lager loon kreeg door ziekte of verlof. Denk bij verlof aan ouderschapsverlof, zorgverlof en levensloopverlof.
Is een werknemer jonger dan 21 jaar en is het dagloon lager dan het minimumjeugdloon? Dan kan het zijn dat het dagloon wordt verhoogd.