Het aantal nieuwe WW-uitkeringen steeg van 26.600 in februari naar 73.700 in april. In mei lag de instroom weer wat lager (42.000).

In maart 2020 verstrekte UWV 5.100 nieuwe WW-uitkeringen aan oproepkrachten. Dat is 2,5 keer zoveel als in februari (2.000). In april steeg dat aantal verder naar 11.900. De WW-instroom van uitzendkrachten steeg van 5.900 in februari naar 10.100 in maart en 21.300 in april.

Veruit de meeste instroom in de WW vanuit oproepcontracten komt vanaf maart uit de sector horeca en catering. Dat aantal steeg van 300 nieuwe WW-uitkeringen in februari naar 1.600 in maart en 3.700 in april. De WW-instroom van oproepkrachten is ook hoog vanuit de detailhandel en de overige commerciële dienstverlening.

In april nam de instroom in de WW flink toe van mensen die daarvoor een tijdelijk contract hadden. Het steeg van 10.400 in februari naar 12.700 in maart en 25.000 in april. Dit aantal is ook fors hoger dan in dezelfde maanden een jaar geleden. Het aantal nieuwe WW-uitkeringen vanuit een vast contract nam het minst toe.

Vooral jongeren hebben een groot aandeel in de WW-instroom vanuit flexibele contracten in maart en april. Dat geldt het meest voor de instroom vanuit oproepcontracten. Daarvan is 42% van een 15- tot 25-jarige en 28% van 25- tot 35-jarige. Ongeveer 55% van de uitzendkrachten en mensen met een tijdelijk contract in de WW zijn jonger dan 35 jaar. Door de coronacrisis nam de WW onder jongeren sterk toe. Eind mei verstrekte UWV 31.100 uitkeringen aan jongeren tussen de 15 en 25 jaar. Eind februari ging het nog om 10.800 uitkeringen.

De analyse van UWV toont welk type arbeidscontract voorafging aan de instroom in de WW, in de eerste maanden van de coronacrisis. UWV heeft informatie uit de WW-administratie aangevuld met informatie over banen in loondienst uit de Polisadministratie van UWV. De cijfers zijn voorlopig, en kunnen nog bijgesteld worden.