Daaruit blijkt dat de arbeidsmarkt zich aan het herstellen is:

  • UWV verstrekte eind mei 2021 bijna 250.000 lopende WW-uitkeringen. Dat zijn er 52.000 minder dan een jaar eerder (-17%).
  • De lente van 2021 (maart t/m mei) vormt een groot contrast met de lente van 2020. In het voorjaar van 2020 was de WW-instroom vanwege de start van de coronacrisis veel hoger (+66%) dan de WW-uitstroom. Het aantal lopende WW-uitkeringen nam daardoor sterk toe. In het voorjaar van 2021 was het beeld juist andersom. De uitstroom overtrof de instroom ruimschoots (+51%).
  • Aan het begin van de coronacrisis hadden personen jonger dan 30 jaar een hoger aandeel in de WW-instroom (38%) dan vóór de coronacrisis (25%). Na de piek is het aandeel teruggelopen tot 26% in het afgelopen voorjaar. Dat is weer dicht bij het niveau van voor de coronacrisis.
  • Het aantal openstaande vacatures neemt toe en kwam eind maart 2021 uit op 245.000. Dat zijn er 27.000 meer dan eind maart 2020. Daarnaast stijgt sinds begin 2021 het aantal uitzenduren weer.
  • In het eerste kwartaal van 2021 nam de spanning op de arbeidsmarkt weer toe. Er is weliswaar nog steeds sprake van een gemiddelde spanning, maar voor veel beroepen is alweer sprake van krapte. De spanning op de arbeidsmarkt ligt hiermee op hetzelfde niveau als in het eerste kwartaal van 2020. UWV verwacht dat de spanning op de arbeidsmarkt in het tweede kwartaal van 2021 verder toeneemt.

Het aantal ontslagaanvragen om bedrijfseconomische redenen is in het eerste halfjaar van 2021 met 28% gedaald ten opzichte van dezelfde periode van 2020. De meeste ontslagaanvragen om bedrijfseconomische redenen kwamen vanuit de industrie, de handel en de zakelijke dienstverlening.