Nuggers met een arbeidsbeperking zijn vaak wel ergens in het sociaal domein in beeld, maar raken gaandeweg uit beeld of vinden niet de weg naar passende ondersteuning. Beschikbare hulp is vaak niet zichtbaar of onvoldoende bekend – zowel bij de doelgroep zelf als bij uitvoerende professionals. Professionals kennen wet- en regelgeving soms beperkt, weten niet goed waarheen te verwijzen, en ervaren moeite met de vrijblijvendheid van het contact. Doorverwijzingen leiden daardoor vaak niet tot passende ondersteuning. Ook bij transitiemomenten, zoals registratie in het Doelgroepregister of afwijzing van een  uitkeringsaanvraag, ontbreekt vaak structurele opvolging of overdracht.

Kenmerkend in de ervaringen van nuggers met een arbeidsbeperking zijn verhalen van buitensluiting en afwijzing. Veel mensen voelen zich op zichzelf aangewezen en ervaren financiële onzekerheid, stress of afhankelijkheid van anderen. Er is veel onduidelijkheid over het recht op ondersteuning en beschikbare ondersteuning. Dit leidt tot gevoelens van onzekerheid, frustratie en machteloosheid.

De beschikbare ondersteuning is vaak onvoldoende zichtbaar, bekend en toegankelijk. Binnen gemeenten is er vaak weinig aandacht en urgentiebesef voor de doelgroep, maar wel nieuwsgierigheid naar hoe de dienstverlening beter georganiseerd kan worden. Veel gemeenten hebben geen beleid voor de dienstverlening, wat leidt tot verminderde rechtszekerheid voor nuggers. Budgettaire krapte bij gemeenten zorgt ervoor dat de ondersteuning van nuggers geen prioriteit krijgt, waardoor praktijkprofessionals de noodzakelijke kennis en handvatten missen om hen effectief te ondersteunen.

Ook in het bredere sociaal domein leidt onbekendheid tot veel onsuccesvolle doorverwijzingen. Dit geldt niet alleen voor het onbekend zijn met de doelgroep zelf, maar ook voor het gebrek aan kennis over beschikbare ondersteuningsmogelijkheden. Het betreft zowel gemeentelijke dienstverlening als het aanbod van bijvoorbeeld belangenorganisaties en  patiëntenverenigingen, evenals onbekendheid met het Doelgroepregister.

Voor betere ondersteuning is meer aandacht voor de doelgroep essentieel, bijvoorbeeld door hen concreet te benoemen op websites, en de diversiteit binnen de groep een gezicht te geven. Ook moet ingespeeld worden op specifieke uitdagingen in hun dagelijks leven. In de toeleiding naar ondersteuning moet de zichtbaarheid en bekendheid van gemeentelijke dienstverlening en andere relevante partijen in het sociaal domein (zoals werkcentra, belangen- en patiëntenorganisaties) verbeteren. Dit stelt nuggers in staat om gemakkelijker de weg te vinden en helpt professionals om effectiever door te verwijzen. Daarbij is een belangrijke rol weggelegd voor gemeenten die verantwoordelijk zijn voor de ondersteuning van nuggers. Koepelorganisaties als Cedris, Divosa, SAM en VNG kunnen daarbij een ondersteunende rol spelen. UWV heeft geen formele rol heeft in de ondersteuning van nuggers, maar een deel van deze doelgroep is op enig moment wel bij UWV in beeld. Dit biedt kansen voor UWV om gerichte en proactieve informatievoorziening te bieden, en om warme overdracht te faciliteren naar de juiste ondersteuning.