- Vrouwen, oudere werknemers, lager opgeleiden en mensen met een niet-westerse migratieachtergrond vertonen samenhang met een hoger risico op WIA-instroom.
- Bepaalde baankenmerken correleren met WIA-instroom: vast of tijdelijk contract, uitzendwerk, 4-5 werkdagen per week en altijd vanaf de werkgever zijn risicovoller dan oproepwerk, minder dan 4 werkdagen of (deels) thuiswerk.
- Moeite met fysieke én psychische werkeisen, gebrek aan sociale steun van collega's, slechte gezondheid, burn-outklachten en langdurig ziekteverzuim hangen sterk samen met WIA-instroom.
- WIA-instroom vanwege Psychische diagnoses correleert met een doorgemaakt arbeidsongeval, werk-privédisbalans en psychische werkeisen; WIA-instroom vanwege niet-psychische diagnoses met sectoren als industrie en handel en fysieke werkeisen.
TNO koppelde data uit de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden (2014-2022) op individueel niveau aan UWV-gegevens over WIA-instroom (2014-2023). Dit maakte het mogelijk samenhangen in vijf categorieën in kaart te brengen: persoonskenmerken, baankenmerken, fysieke en omgevingsrisicofactoren, psychosociale risicofactoren, en gezondheid/ziekteverzuim. De methodologische opzet laat niet toe oorzakelijke verbanden vast te stellen—het onderzoek biedt determinanten die samenhangen met arbeidsongeschiktheid.
De bevindingen bieden werkgevers, professionals en beleidsmakers aangrijpingspunten om risicosituaties vroegtijdig te herkennen en arbeidsongeschiktheid tegen te gaan. Preventie vraagt om het gericht verminderen van fysieke en psychosociale belasting bij werknemers bij wie deze te hoog is, en om het versterken van sociale steun van collega’s en leidinggevenden op de werkvloer – factoren waarop organisaties direct invloed kunnen uitoefenen.