Tussen de 4 en 15% van de uitkeringsgerechtigden van UWV heeft te maken met een vorm van schulden. Ter vergelijking: bij burgers zonder uitkering ligt dit aandeel op 2 tot 6%. Binnen de groep uitkeringsgerechtigden komen schulden het vaakst voor bij eenoudergezinnen en allochtonen. Wanneer mensen met een Wajong- of WGA-uitkering schulden hebben, krijgen ze 3 keer vaker boetes en 1,5 keer vaker maatregelen opgelegd dan wanneer ze geen schulden hebben. De mate van uitstroom naar werk neemt af wanneer er beslag ligt op de uitkering. Bij Wajongers neemt de uitstroom af met 50% en voor de groep met een WGA-uitkering met 12%. Het hebben van schulden eist veel aandacht op en veroorzaakt stress en mogelijk angst. Dit belemmert de oriëntatie op werk. Mogelijk zoeken schuldenaren om deze redenen ook vaak pas laat hulp. Gemeenten voeren de schuldhulpverlening uit; UWV heeft als ‘eerste schakel in de keten’ een rol in het informeren, adviseren en doorverwijzen van uitkeringsgerechtigden met schulden.

Dit artikel is gebaseerd op het onderzoek Wie heeft schuld. Een kwantitatieve analyse van schulden bij uitkeringsgerechtigden.