De verwachte totale lasten komen € 2,5 miljard lager uit dan bij de Juninota: € 1,3 miljard minder uitgaven aan uitkeringen en sociale lasten en € 1,2 miljard minder NOW-uitgaven. De uitkeringslasten voor de WW zijn bijna € 1 miljard lager dan verwacht in de Juninota. De coronacrisis heeft namelijk een kleiner effect op de omvang van de ontslagwerkloosheid en faillissementen dan eerder geraamd. De uitkeringslasten voor de WAO zijn € 18 miljoen lager dan bij de Juninota en de uitkeringslasten WIA (exclusief het deel van de eigenrisicodragers WGA) zijn € 14 miljoen lager. Beide bijstellingen zijn het gevolg van een lager gemiddelde jaaruitkering in 2021 dan eerder geraamd. De uitkeringslasten voor de eigenrisicodragers WGA zijn € 12 miljoen hoger dan bij de Juninota. Dit is het gevolg van een hoger gemiddelde jaaruitkering in 2021 dan eerder geraamd. De uitkeringslasten voor de Ziektewet zijn € 49 miljoen lager dan bij de Juninota. Het gebruik van de Ziektewet bij flexwerkers en bij zieke WW’ers is lager dan eerder geraamd. De uitkeringslasten voor de Wazo zijn € 79 miljoen hoger dan bij de Juninota.

De Bijstellingennota is de tweede financiële nota in een cyclus van 3 nota’s per jaar. In de Bijstellingennota 2021 presenteren wij de geactualiseerde cijfers voor het lopende jaar 2021 en de bijgestelde ontwikkelingen ten opzichte van de Juninota 2021.