De berichtgeving wekt ten onrechte de indruk dat UWV in verschillende regio’s heeft besloten om uitkeringen toe te kennen zonder beoordeling door een verzekeringsarts om zo achterstanden weg te werken. Dat klopt niet. Het gaat in beide voorstellen om een proef om te kijken hoe eventuele aanpassingen van wet- en regelgeving uitwerken.
Eén voorstel (Hengelo) is alleen nog een idee en is dus niet uitgevoerd. Het andere voorstel heeft geleid tot één zeer kleinschalige proef in Zwolle onder 30 mensen waarbij zieke werknemers van 60 jaar en ouder een WIA-uitkering krijgen toegekend na een (plausibiliteits)beoordeling door een arbeidsdeskundige, maar soms zonder beoordeling van een verzekeringsarts. Dat is niet conform de huidige wet- en regelgeving. Dat betekent dat er toestemming nodig is van de Raad van Bestuur en het ministerie van SZW. Er is geconstateerd dat dit proces niet op de juiste manier is verlopen. Inmiddels is het ministerie hierover ingelicht.
Dat UWV al geruime tijd kampt met achterstanden in de WIA-beoordelingen, is bekend. De minister van SZW heeft vorig jaar april in een brief aan de Tweede Kamer dit benoemd als een maatschappelijk probleem. Aanpassingen van wet- en regelgeving zijn daarbij onontbeerlijk om de vraag naar sociaal-medische beoordelingen te verlagen. UWV is hierover in gesprek met het ministerie.
Medewerkers is gevraagd actief mee te denken in de zoektocht naar oplossingen. Zij ervaren het probleem elke dag aan den lijve in hun contact met cliënten. Dat heeft onder meer geleid tot de twee voorstellen waar in de berichtgeving aan gerefereerd wordt. In beide gevallen gaat het om voorstellen gericht op het snel duidelijkheid kunnen geven aan cliënten die wachten op een WIA-beoordeling. UWV waardeert de betrokkenheid van medewerkers.