De overheid heeft te maken met een bovengemiddeld sterke vergrijzing. Het aandeel 55-plussers steeg de afgelopen jaren fors binnen de hele overheid. Personeel dat met pensioen gaat, betekent dat er banen vrij kunnen komen voor nieuw personeel.

Binnen de hele overheid is het lastig om vacatures te vervullen voor financiële experts, ICT’ers en zorgprofessionals. In de zoektocht naar personeel moet de overheid concurreren met het bedrijfsleven. Daarnaast zijn er andere specifieke beroepsgroepen die momenteel schaars zijn, zoals technici bij defensie en bouwkundigen bij gemeenten.

Door de digitalisering van processen zijn er minder administratieve taken bij de overheid. Daardoor zijn er geen goede baankansen voor mensen met een administratieve achtergrond. Dit is terug te zien in het relatief hoge aantal WW-uitkeringen voor deze beroepsgroep bij de overheid.

Tegelijkertijd ontstaan er juist door nieuwe technologieën weer andere werkzaamheden, wat specifieke kennis vereist bij personeel. Zo verandert bijvoorbeeld het werk bij de afdeling burgerzaken van gemeenten. Hoewel menselijk contact belangrijk blijft op een gemeentekantoor, verschuift dit steeds meer naar digitaal contact. Ook doen medewerkers bij burgerzaken door digitalisering steeds meer op het gebied van fraudeherkenning en adresonderzoek.

Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG)