Tussen 2020 en 2022 groeide het aantal werknemersbanen in Zuidoost-Brabant met 20.600. In 2023 koelt de arbeidsmarkt in Zuidoost-Brabant af. Volgens de prognose van UWV komt de banengroei hierdoor in een lagere versnelling en valt terug in 2024. In de financiële dienstverlening zal het aantal banen in 2024 krimpen, terwijl het aantal banen in de ICT en zorg & welzijn bovengemiddeld groeit.
Halverwege 2022 piekte het aantal vacatures in Nederland tot het hoogste niveau sinds 1997. Inmiddels is het aantal openstaande vacatures wat lager. Aan het eind van het tweede kwartaal van 2023 stonden in Zuidoost-Brabant 20.500 vacatures open. Dat zijn er minder dan een jaar eerder, maar nog altijd veel meer dan eind 2019, voor de coronacrisis. De spanning op de arbeidsmarkt is iets lager dan een jaar geleden. Toch blijft het in veel beroepen moeilijk om personeel te vinden.
Veranderingen in omvang en samenstelling van de bevolking hebben gevolgen voor de arbeidsmarkt. De bevolkingsopbouw in Zuidoost-Brabant wijkt af van het landelijke beeld, vooral door de grote groep 20 tot 35 jaar. Dit zijn deels studenten en kennismigranten, die soms na enige tijd de regio ook weer verlaten. Toch houdt de krapte ook in Zuidoost-Brabant voorlopig aan. Geleidelijk schuiven 105.400 inwoners van 50 tot 65 jaar door naar de groep 65-plus. Zij bereiken daarna de pensioengerechtigde leeftijd en verlaten (meestal) de arbeidsmarkt. De leeftijdsgroepen daaronder (behalve 20 tot 35 jaar) zijn kleiner. Vooral in transport & logistiek, openbaar bestuur en zorg & welzijn werken nu al relatief veel 60-plussers.
Daarnaast blijven veel vacatures onvervuld omdat werkzoekenden niet altijd over de benodigde opleiding, kennis en ervaring beschikken. Het onderwijs en de arbeidsmarkt sluiten niet altijd goed op elkaar aan. Zo kiezen studenten soms voor opleidingsrichtingen waar minder vraag naar is. Daarnaast verandert de vraag van werkgevers door technologische en maatschappelijke ontwikkelingen. In deze snel veranderende samenleving is het belangrijk dat mensen zich een leven lang ontwikkelen, om goed inzetbaar te blijven op de arbeidsmarkt.
In Zuidoost-Brabant wonen 33.000 mensen die (meer uren) willen werken. Dit zogenoemde onbenut arbeidspotentieel is onder te verdelen in:
- 15.000 onderbenutte deeltijders. Zij werken al, maar willen en kunnen meer uren werken.
- 10.000 werklozen. Deze mensen hebben geen betaald werk, zochten onlangs naar werk én zijn daarvoor direct beschikbaar.
- 8.000 semi-werklozen. Dit zijn bijvoorbeeld mensen die tijdelijk vanwege ziekte, arbeidsongeschiktheid, een opleiding of andere redenen niet beschikbaar zijn of niet naar werk zoeken.
Een deel van het onbenut arbeidspotentieel is in beeld bij UWV en gemeenten. In juni 2023 waren er in Zuidoost-Brabant 26.300 personen geregistreerd als werkzoekend bij UWV (GWU). De meerderheid van het GWU behoort niet tot het onbenut arbeidspotentieel. En omgekeerd geldt hetzelfde. Niet iedereen die tot het onbenut arbeidspotentieel hoort staat geregistreerd als werkzoekende bij gemeenten en UWV.
Ondanks de krapte op de arbeidsmarkt vindt niet iedereen even makkelijk werk. Hiervoor zijn diverse redenen te noemen, bijvoorbeeld een aandoening, ziekte of handicap. Ook beschikken werkzoekenden niet altijd over de basisvaardigheden waar werkgevers om vragen. Zij hebben moeite met lezen en/of schrijven, of missen belangrijke digitale vaardigheden. Ook zijn sommige mensen terughoudend om (meer) te gaan werken. Door verlies van toeslagen of andere inkomensondersteuning verwachten zij er financieel niet of weinig op vooruit te gaan.
Er zijn verschillende manieren om vraag en aanbod beter op elkaar aan te laten sluiten. Iedere arbeidsmarktregio heeft zijn eigen uitdagingen en oplossingen. Het laatste hoofdstuk van Regio in Beeld beschrijft deze uitdagingen en oplossingen voor de arbeidsmarkt in Zuidoost-Brabant.