Regionale verschillen die er waren, zijn door de landelijk krappe arbeidsmarkt vaak verdwenen. De 3 onderstaande beroepen zijn daar een voorbeeld van:
- Schoonmakers: in 2017 waren de kansen voor schoonmakers wisselend. In slechts 3 regio’s waren er goede baankansen. Dit was zo in Zuid-Limburg, Zeeland en Gooi en Vechtstreek. In het bijzonder voor Zeeland heeft dit te maken met een grote vraag naar schoonmakers in vakantiehuisjes. In 2023 zijn de kansen voor schoonmakers in alle regio’s (zeer) goed.
- Leerkrachten basisonderwijs: het tekort werd voor het eerst zichtbaar in Groot Amsterdam. Al snel groeiden de tekorten ook in andere regio’s binnen de Randstad en in de grote steden daarbuiten. Vanaf 2022 is er in heel Nederland een krappe arbeidsmarkt voor leerkrachten basisonderwijs.
- Restaurantkoks: in 2016 en 2017 waren de baankansen vooral goed in de zuidelijke regio’s en Groot Amsterdam. In andere regio’s, zoals Twente en de Achterhoek, was het minder makkelijk voor werkzoekenden om een baan te vinden. In 2023 is er overal een tekort aan restaurantkoks.
Soms zijn er toch nog (kleine) verschillen tussen de regio’s in de mogelijkheden voor werkzoekenden. Dat heeft vooral te maken met de grootte van een sector in een bepaalde regio, bijvoorbeeld:
- In Zuidoost-Brabant (Eindhoven) en de Achterhoek is de industrie groot.
- In Haaglanden is de overheidssector groot.
- In Noord-Limburg (belangrijk transportknooppunt) en Rijnmond (haven) is de logistieke sector groot.
- In Groot Amsterdam is de financiële sector groot.
Voor een aantal beroepen bestaan er duidelijke regionale verschillen in de kansen op werk. Dat geldt vooral voor de volgende beroepen:
- activiteitenbegeleiders
- onderwijsassistenten basisonderwijs
- conciërges
- organisatoren van conferenties en evenementen
- receptionisten en telefonisten
Vaak is er een verschil tussen stedelijke gebieden en landelijke regio’s. Dit komt onder meer door de leeftijdsopbouw van de bevolking. In de Randstad zijn meer leerlingen dan in andere regio’s, waardoor de vraag naar personeel voor het onderwijs in de Randstad nóg groter is. In stedelijke gebieden is daarnaast meer bedrijvigheid. De behoefte aan personeel is daardoor groter. In sommige beroepen hebben werkzoekenden hierdoor meer kansen. In onderstaand figuur zijn de regionale verschillen te zien in baankansen voor activiteitenbegeleiders, onderwijsassistenten basisonderwijs en organisatoren van conferenties en evenementen.
Naar verwachting neemt de krapte op de arbeidsmarkt in 2024 iets af. Dat betekent niet meteen dat er veel minder kansen zijn voor werkzoekenden. De grote vraag naar personeel blijft naar verwachting aanhouden. Wel kunnen regionale verschillen in baankansen weer wat groter worden. UWV brengt ook in 2024 in kaart welke beroepen kansrijk zijn.