Tijdens de coronacrisis werden die verschillen nog eens versterkt. Omdat bijvoorbeeld de horeca dicht ging, had dit extra gevolgen voor werkzoekenden met een horeca-opleiding. Er zijn ook opleidingen waarvoor een meer structurele mismatch geldt. Hierdoor zijn er bij sommige opleidingen meer mensen met een WW-uitkering.
Over het algemeen geldt: hoe hoger het opleidingsniveau, hoe lager de werkloosheid. Dat geldt ook voor het WW-percentage: het percentage lager opgeleiden dat een WW-uitkering ontvangt, is over het algemeen groter dan het percentage hoger opgeleiden. In mei 2021 was de verdeling:
- alleen basisonderwijs: 3,9%
- vmbo- of mbo1-diploma: 3,2%
- mbo2- t/m mbo4-diploma: 2,3%
- hbo-diploma: 1,7%
- wo-diploma: 1,2%
Tijdens de coronacrisis is het WW-percentage harder gestegen onder mensen met een lager opleidingsniveau. 1 van de redenen hiervoor is dat lager opgeleiden vaker een flexibel contract hebben in vergelijking met hoger opgeleiden. Hierdoor lopen zij eerder het risico om hun baan te verliezen. Ook zijn banen voor lager opgeleiden vaak minder geschikt voor thuiswerken.
Niet alleen het opleidingsniveau, ook de opleidingsrichting is van belang. UWV heeft ruim 100 opleidingstypes bekeken. In de figuur staan de 16 opleidingstypes met een WW-percentage van minimaal 4% in mei 2021.
Het WW-percentage was in mei 2021 het hoogst onder mensen met een opleiding facilitaire dienstverlening op mbo4-niveau, namelijk ruim 9%. In februari 2020, de laatste maand voor de coronacrisis in Nederland, was dat met ruim 8% ook het hoogste WW-percentage van alle opleidingstypes. Mensen met de opleiding facilitaire dienstverlening ontvangen dus vaker een WW-uitkering dan mensen met een andere opleiding. En de coronacrisis heeft gezorgd voor een extra toename. Een belangrijke reden hiervoor is dat door het toegenomen thuiswerken veel kantoren tijdelijk (gedeeltelijk) zijn gesloten. Hierdoor zijn er minder facilitaire dienstverleners nodig.
Er zijn meer opleidingstypes die tijdens de coronacrisis te maken hadden met een sterke toename van het WW-percentage. Het meest opvallend zijn de opleidingstypes:
- horeca (mbo3 en mbo4)
- schoonheids- en haarverzorging (mbo3)
- toerisme en recreatie (mbo4)
- horeca, vrije tijd & faciliteitsmanagement op bachelorniveau
Voor de coronacrisis waren de WW-percentages voor deze opleidingstypes een stuk lager. Nu de coronamaatregelen steeds verder versoepeld worden in de horeca, het toerisme en de schoonheids- en haarverzorging, is de verwachting dat de WW-percentages voor deze opleidingstypes weer zullen dalen.
Daarnaast zijn er opleidingstypen die ook voor de coronacrisis al te maken hadden met een relatief hoog WW-percentage. Naast de mbo4 facilitaire dienstverlening had ook de mbo4-opleiding financieel-administratieve dienstverlening een hoog WW-percentage. Beroepen op middelbaar niveau in de financieel-administratieve sector hebben vaak te maken met automatisering en digitalisering. Bepaalde taken worden vervangen door software en (selfservice-)applicaties. Dit geldt in meer of mindere mate ook voor de mbo3-opleiding secretariële dienstverlening.
Tot slot komen in de lijst nog 2 opleidingstypen voor op bachelorniveau, naast het eerder genoemde horeca, vrije tijd & faciliteitsmanagement. Dat zijn economie & econometrie en marketing & public relations.
Bij veel bachelor- en masteropleidingen zijn er nauwelijks mensen met een WW-uitkering. Dit geldt bijvoorbeeld voor de opleidingstypes:
- werktuigbouwkunde (master)
- verpleeg- en verloskunde (bachelor)
- bouwkunde, civiele techniek & architectuur (master)
- diergeneeskunde & tandheelkunde (master)
Ook zijn er verschillende opleidingstypes op mbo-niveau met een relatief laag WW-percentage, zoals:
- tuinbouw en groenvoorziening (mbo4),
- laboratorium en gezondheidstechniek (mbo3)
- verpleegkunde en medische ondersteuning (mbo4)
Van de ruim 100 opleidingstypes had ongeveer 50% een WW-percentage onder de 2% in mei 2021.
Op basis van de uitgevoerde analyse kunnen een aantal conclusies getrokken worden:
- Niet alleen het opleidingsniveau, maar ook de opleidingsrichting is van invloed op de kans om in de WW te komen (en te blijven).
- Met name op bachelor- of masterniveau zijn er veel opleidingstypes met nauwelijks mensen met een WW-uitkering.
- Het WW-percentage is tijdens de coronacrisis harder gestegen onder mensen met een lager opleidingsniveau.
- Voor de opleiding horeca (mbo3 en mbo4) steeg het WW-percentage het sterkst.
- Bij enkele opleidingstypes ligt het WW-percentage structureel hoger, zoals voor facilitaire dienstverlening (mbo4) en financieel-administratieve dienstverlening (mbo4).