De Monitor laat zien hoe de arbeidsparticipatie van mensen met een beperking zich ontwikkelt en richt zich specifiek op 4 groepen:
- Mensen in de Wajong met arbeidsvermogen.
- Mensen met een WGA-uitkering.
- Mensen van wie de aanvraag voor een WIA-uitkering is afgewezen, omdat hun loonverlies ten opzichte van het oude inkomen minder dan 35% is. De zogeheten WIA35-minners.
- Mensen in het doelgroepregister banenafspraak die onder de Participatiewet vallen.
De laatste groep valt onder de verantwoordelijkheid van de gemeenten voor het verstrekken van inkomensondersteuning en de begeleiding richting werk. Normaalgesproken zou de Monitor arbeidsparticipatie arbeidsbeperkten 2021 zich richten op de ontwikkelingen tot en met 2020, maar vanwege de coronacrisis is er ook aandacht voor de ontwikkelingen in de eerste helft van 2021.
Uit de Monitor arbeidsparticipatie arbeidsbeperkten 2021 van UWV blijkt verder dat vooral arbeidsbeperkten met een tijdelijk contract geraakt zijn door de coronacrisis. In 2020 was er daarom een terugval in de arbeidsparticipatie van arbeidsbeperkten te zien. Iets wat ook zichtbaar was op de totale arbeidsmarkt.
De daling van de arbeidsparticipatie van de 4 groepen was in de eerste helft van 2020 wel groter dan de daling van de arbeidsparticipatie van de totale Nederlandse bevolking. Dit verschil wordt met name veroorzaakt doordat een groter aandeel van de mensen met een arbeidsbeperking in een tijdelijk dienstverband werkt. Toch zijn het juist deze tijdelijke contracten die hebben gezorgd voor een krachtig herstel in de eerste helft van 2021.
Tot en met 2019 nam de arbeidsparticipatie van mensen die in het doelgroepregister zijn genoteerd en onder de Participatiewet vallen elk jaar toe. Corona heeft voor een omslag gezorgd: eind 2020 daalde het percentage werkende mensen uit deze groep van 46,4 naar 45,3. In de eerste helft van 2021 steeg het aandeel werkenden weer sterk, waardoor het in juni 2021 met 47,4% boven het niveau van eind 2019 lag.
Het herstel van de werkgelegenheid heeft vooral invloed op uitzendkrachten en mensen met een tijdelijk dienstverband. Daarnaast is het herstel duidelijk terug te zien in de sectoren waar arbeidsbeperkten uit deze groep vaak werkzaam zijn. De uitzendbranche sprong er met +37% het duidelijkst uit.
In 2019 nam het aantal en aandeel werkende mensen met een Wajong-uitkering af. Dat is voor het eerst sinds 2012. Tijdens de coronacrisis in 2020 was er sprake van een extra daling. Eind 2020 was het aandeel werkenden 48,4%, dat is 2% lager dan eind 2019. In het begin van 2021 daalde het aandeel nog verder, maar vanaf maart 2021 trad herstel op. In juni 2021 was het aandeel werkenden weer opgelopen tot 48,9%. Het percentage werkenden zit dan weer boven het niveau van 2020, maar dat is nog altijd 1,5% lager dan eind 2019. De arbeidsparticipatie van mensen met een Wajong-uitkering neemt enigszins toe, maar is nog niet volledig hersteld van de terugval in 2020.