In 2023 waren ruim 143.000 mensen na beëindiging van de WW-uitkering aan het werk. Van deze groep ging 21% als uitzendkracht aan de slag. Dit aandeel was in 2018 nog 28%, en neemt sindsdien geleidelijk af. Tegelijkertijd steeg het aandeel personen dat vanuit de WW direct in dienst kwam bij een werkgever van 68% naar 75%. In de huidige krappe arbeidsmarkt nemen werkgevers vaker zelf mensen in dienst.
Voormalig uitzendkrachten in de WW gaan na de WW vaak opnieuw aan de slag als uitzendkracht. In 2023 gold dit voor 61% van de werkhervatters. Steeds meer voormalig uitzendkrachten in de WW stromen door naar een baan met een vast of tijdelijk contract. Zij gaan vaak aan de slag in de industrie, detailhandel, gezondheidszorg of groothandel. Mogelijk werkten zij voor de WW al als uitzendkracht in een bepaalde sector en kwamen zij na de WW direct in dienst bij een werkgever in dezelfde sector. Uitzendkrachten zijn bijvoorbeeld vaak werkzaam in de industrie.
Als gevolg van de coronacrisis verloren in 2020 en 2021 veel uitzendkrachten hun baan. Begin 2021 ontvingen ruim 46.000 personen uit de uitzendsector een WW-uitkering. In de periode erna daalde het aantal mensen uit deze sector met een WW-uitkering. Vanaf 2022 schommelde het aantal WW-ontvangers vanuit de uitzendbranche rond de 27.000. In de winter is het aantal uitzendkrachten in de WW groter dan in de zomer. Dit komt omdat uitzendkrachten vaak werkzaam zijn in branches met piekperiodes, zoals de bouw, horeca of landbouw.