‘Voor veel verzekeringsartsen is het niet nieuw dat ze te maken krijgen met een onbekend ziektebeeld. In de jaren 80 werden we geconfronteerd met het hiv-virus en aids, later met bijvoorbeeld chronisch vermoeidheidssyndroom en fybromyalgie. In feite vraagt zo'n nieuw ziektebeeld niets anders dan andere ziekten van de verzekeringsarts. Het gaat ons er vooral om te bepalen wat de impact is van deze - of welke andere ziekte dan ook - op iemands functioneren en mogelijkheden om te werken. Want daar kijken wij naar bij de WIA-beoordeling.
Wat wel nieuw is, is de ongekende omvang van de pandemie. En we willen natuurlijk graag weten hoe covid zich op termijn ontwikkelt, vooral de langdurige klachten die het gevolg van covid kunnen zijn. De stroom van informatie is zó groot: niemand heeft een exact overzicht van de stand van zaken. Voor ons als UWV is vooral de informatie over de gevolgen van de ziekte en het verloop in de tijd relevant. Wij willen meer weten over de impact op het functioneren op korte en lange termijn, zowel lichamelijk als geestelijk. We proberen die enorme stroom aan onderzoeken en rapporten te filteren op relevante informatie voor onze verzekeringsartsen. Daarnaast hebben we meegewerkt aan diverse webinars en congressen over (langdurige) covid en zullen dat ook in de toekomst doen. Op het UWV-intranet hebben we veel relevante informatie beschikbaar gesteld: handreikingen, informatie van het RIVM, beleid over acceptatie in de ziektewet, onderzoeken en artikelen over de kenmerken van de Nederlandse populatie, veel links naar andere sites. Voor werkgevers, werknemers en zelfstandigen zijn handreikingen beschikbaar over hoe om te gaan met ziekte en re-integratie, maar ook over preventie. Ook werken verzekeringsartsen mee aan een richtlijn nazorg van langdurige covid.
Er zijn nog geen objectieve criteria om langdurige covid te diagnosticeren en er is ook nog geen bewezen effectieve interventie. Verzekeringsartsen zijn goed in staat om in te schatten wat iemand nog kan in werk. Het is van belang om hen daarbij zo goed mogelijk te ondersteunen met noodzakelijke kennis en adviezen. En dat doen we ook.’