Voice-over (VO): Welkom bij de podcast van UWV. Waarin we elke maand voorbij de cijfers van de arbeidsmarkt kijken en de verdieping opzoeken. Onze experts nemen je mee aan de hand van feiten, analyses, voorbeelden en context. Met deze keer: de arbeidsmarktprognose tot en met 2027.
Ireen Verduijn (IV): Ik ben Ireen Verduijn en naast mij in de studio Rob Witjes, hoofd arbeidsmarktinformatie van UWV. Welkom Rob.
Rob Witjes (RW): Dank je wel, Ireen. Leuk om er weer te zijn.
IV: Ja, en dit is alweer de zesde aflevering van ‘De arbeidsmarkt ontcijferd’. Rob, de zomer is begonnen. Laten we even uit de dagelijkse cijfermolen stappen en de arbeidsmarkt met iets meer afstand bekijken. Welke trends en ontwikkelingen zie jij als je uitzoomt?
RW: Nou, dat zijn er nogal wat, Ireen. Ja, de arbeidsmarkt staat aan de vooravond van een aantal belangrijke veranderingen. Bijvoorbeeld de toenemende vergrijzing, een groeiende impact van technologie, zoals AI, en natuurlijk de uitdaging om allerlei ambities te realiseren vanuit de wensen van de politiek. Ja, en alsof dat nog niet genoeg is, hebben we toch ook wel met veel onzekerheden te maken in onze omgeving die van geopolitieke aard zijn.
IV: En welk effect heeft dat op ons banenaanbod?
RW: Ja, als je kijkt naar de arbeidsmarkt … Nou, we hebben onlangs onze ‘Arbeidsmarktprognose 2025–2027’ uitgebracht. En dan zien we eigenlijk maar een heel beperkte groei van het aantal banen voor de komende paar jaar. Dat is overigens veel minder dan we de afgelopen jaren gewend zijn. Werkgevers zullen in het algemeen hun productie en dienstverlening wel zien groeien, maar dat zal niet echt leiden tot heel veel extra arbeidsplaatsen.
En we zien nog een andere verandering die heeft te maken met de volledige handhaving op schijnzelfstandigheid. Wat zal betekenen dat er meer zelfstandigen ook in loondienst zullen gaan werken. Dus dat zijn eigenlijk een beetje de highlights van de prognose voor de komende jaren.
IV: En heeft het voor bepaalde branches of sectoren nog specifiek effect?
RW: Ja, je kan wel inschatten dat natuurlijk de ICT blijft groeien en ook de specialistische zakelijke dienstverlening – zeg maar ook allemaal specialistische bureaus – en natuurlijk de zorg en welzijn. Dat heeft te maken met een behoorlijke vergrijzing en behoorlijke tekorten ook in de zorg. Dus dat zijn wel sectoren die groeien. En je hebt er natuurlijk ook een paar die krimpen. Dat zijn onder andere de landbouw en de uitzendsector.
IV: Hoe komt dat, dat de landbouw en de uitzendsector krimpen? De uitzendsector kan ik me voorstellen, maar landbouw?
RW: Ja, de landbouw heeft te maken met strengere wet- en regelgeving, onder andere. En ook zie je wat we noemen de opvolgingsproblematiek. Vaak weten ze niet echt een opvolger te vinden. Dat kan ook ...
IV: Voor boerenbedrijven?
RW: Voor boerenbedrijven. Dat is al een tijdje aan de gang hoor, dus niet iets wat ineens nieuw is. En het lijkt erop dat er ook minder banen zijn in de bouw.
IV: Ja, logisch. En nou, voor we verder gaan, waarom brengt UWV deze prognose eigenlijk uit? Hoe komen deze eigenlijk tot stand? En waar staat deze prachtige glazen bol waarmee jullie de toekomst in kijken?
RW: Hij staat niet bij mij thuis hoor, die glazen bol. Maar UWV heeft in feite de wettelijke taak om de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt inzichtelijk te maken. En deze inzichten kunnen dan ook worden meegenomen bijvoorbeeld in het formuleren van beleidsrichtingen, zowel landelijk en regionaal als op sectoraal niveau. En UWV wil hierin ook graag kennispartner zijn voor de partijen op de arbeidsmarkt. Ja, en met de prognoses die we in juni hebben uitgebracht … Dat doen we overigens niet alleen – even goed om te vermelden. We werken daarin samen met het onderzoeksbureau SEOR. En voor de regionale prognoses werken we samen met Bureau Louter, dat hierin gespecialiseerd is.
En het is natuurlijk ook altijd de vraag – want je hebt het over die glazen bol – in hoeverre die prognoses ook uitkomen. En dat is lang niet altijd het geval. Misschien kan je je nog de coronasituatie herinneren. Toen dachten we ook dat de werkloosheid naar 10% zou gaan. Nou, die zit nu nog steeds onder de 4%. Maar het is wel een richting van de verwachtingen van dit moment. Want niet alles is ook te overzien. Want ik noemde net al aan het begin die geopolitieke situatie. Want ja, wat dacht je bijvoorbeeld van de mogelijke importheffingen vanuit de VS? Ja, ga dat maar eens even in je prognoses verwerken. Dat verschilt per dag zo’n beetje.
IV: Nou ja, nu je het zelf aansnijdt: kun je daar iets zinnigs over zeggen? Wat voor impact heeft dat op ons?
RW: Ja, de beste berekening heeft eigenlijk het Centraal Planbureau gemaakt. Dat heeft een aantal scenario’s bedacht. Ook een aantal banken hebben dit overigens gedaan. Op zich is het aandeel van de Nederlandse export naar Amerika nog geen 6%, dus op zich relatief laag. De verwachting is dat de heffingen wel leiden tot een lage economische groei, maar niet dat het, zeg maar, leidt tot een behoorlijke impact op de banengroei, in de zin dat het aantal banen zal dalen. Daar ben ik best nog wel voorzichtig in.
Want je ziet natuurlijk wel dat sectoren die veel exporteren naar de VS, zoals de metaalindustrie, chemische industrie, machine-industrie, elektrotechnische industrie – nou, noem maar op, echt in die industriële kant – ja, daar kunnen die heffingen wel behoorlijk uitpakken. En daarnaast zijn er natuurlijk ook sectoren die indirect worden geraakt. En ja, dan zijn …
Kijk, onzekerheid maakt bedrijven voorzichtig. En bijvoorbeeld in het tweede kwartaal hebben zich bij ons een paar bedrijven gemeld die voornemens waren meer dan twintig werknemers te ontslaan in de zogenaamde Wet melding collectief ontslag. Die hebben aangegeven dat de maatregelen bijvoorbeeld in de VS al direct impact hebben op hun bedrijfsvoering. En dat ze dus eigenlijk van plan zijn om mensen te ontslaan. Terwijl het niet de hoofdreden, maar een reden is geweest. Dat ze bijvoorbeeld … Zoals één bedrijf bijvoorbeeld, dat heeft een miljoeneninvestering in rook zien opgaan, ja, en moest eigenlijk direct schakelen om zijn personeelsbestand aan te passen. Dus je ziet voorzichtig de eerste signalen.
IV: Onrust.
RW: Ja, ik zeg altijd: onzekerheid leidt tot voorzichtigheid. Dat is nooit goed natuurlijk. Dat zet altijd de boel op extra spanning.
IV: Ja, ik kan het me voorstellen. Kijkend over de gehele linie, wat zie jij nou als belangrijkste uitdaging als je naar deze prognose kijkt?
RW: Ja, de belangrijkste uitdaging is eigenlijk, ondanks de beperkte banengroei: er komen wel banen bij, maar veel minder dan de afgelopen jaren. Daar ga ik straks nog wat over vertellen.
IV: Goeie cliffhanger.
RW: Ja, goeie cliffhanger. Als we echt naar de cijfers overgaan, nou dan blijven er nog wel veel vacatures ontstaan en de krapte houdt aan. Kijk, op papier is die wel minder geworden, maar spreek je bedrijven of werkgevers … Die zeggen: ja, dat kan wel op papier zo zijn, maar ik heb nog steeds heel veel moeite om mensen te vinden en mensen te behouden.
De komende jaren zal het beheersen van het verzuim – omdat er heel veel werkdruk is – en het beperken van het personeelsverloop de nodige hoofdbrekens geven. En werkgevers zullen dus creatieve oplossingen moeten bedenken om de personeelstekorten aan te pakken. Ja, dat betekent onder andere het anders organiseren van werk, waardoor ze toch die arbeidsproductiviteit kunnen verhogen. Dat is eigenlijk wel de belangrijkste uitdaging. Dus wél minder extra banen, maar wel, nou ja, wel … Het werk moet toch gedaan worden. Ja, en er komen nog steeds heel veel vacatures. Dus wel baanopeningen. Maar je zou zeggen: ja, 9 op de 10 vacatures die ontstaan, zijn puur vervanging, doordat mensen weggaan vanwege pensioen. En 1 op de 10 is eigenlijk een nieuwe extra baan. Zo moet je het eigenlijk zien.
VO: De arbeidsmarkt-update.
IV: Straks gaan we even vooruitkijken en vragen we Rob wat zijn belangrijkste adviezen zijn voor werkgevers en werkzoekenden. Maar nu eerst nog even terug naar de belangrijkste cijfers van afgelopen maand. En dan heb ik het niet over de eindexamenlijsten, maar over de arbeidsmarktcijfers. Rob, het eerste half jaar zit erop. Wat valt jou op?
RW: Ja, als je kijkt naar de WW-uitkeringen. Medio dit jaar, zeg maar eind juni, hadden we ruim 9% meer WW-uitkeringen dan vorig jaar. Maar kijk je zo naar het laatste half jaar, dan zie je de ene maand een stijging en dan weer een daling. Stijging, daling – dat schommelt zo heen en weer. En als je dan naar de officiële werkloosheidscijfers van het CBS kijkt, dan zie je eenzelfde beeld. Dan weer een stijging, dan weer een daling.
IV: Is dat normaal?
RW: Nou ja, kijk, we hebben een krappe arbeidsmarkt. Die zorgt er in ieder geval voor dat die werkloosheid en het aantal WW-uitkeringen laag blijven, omdat heel veel mensen die een baan verliezen weer heel snel aan het werk komen. Maar onder die oppervlakte, onder de motorkap, speelt zich echt wel het nodige af. Zo zijn er 43% meer bedrijven die zich bij UWV zich gemeld hebben en hebben gezegd: wij zijn voornemens een grote reorganisatie toe te passen.
IV: Vanwege die geopolitieke onrust die je net noemde.
RW: Geopolitieke onrust … Eigenlijk is het: kosten, kosten, kosten en onzekerheid – daar komt het op neer. Maar toch slagen natuurlijk heel veel bedrijven erin om mensen toch te herplaatsen of een outplacement toe te passen en dergelijke. En voor werknemers: het lukt heel veel werknemers om voordat ze überhaupt in de WW komen, weer een nieuwe baan te vinden. Dus dat is hartstikke mooi.
IV: Ja, en dan komen we nu op hét moment van de podcast Rob: jouw getal van de maand.
RW: Ja, dat is een heel groot cijfer. Dat is 45.000.
IV: Zo, toe maar.
RW: 45.000. En je vraagt je natuurlijk af, Ireen: kom je aan dit cijfer?
IV: Waar slaat dit op?
RW: Ja, waar slaat dit op? Nou, ik gaf aan het begin al aan, onze prognoses voorzien een slechts beperkte stijging van het aantal banen in de komende twee of drie jaar – zeg maar van 2025 tot en met 2027. En we hebben berekend dat dit maximaal 45.000 gemiddeld per jaar is. Maar zeggen: nou, dat valt wel mee, dus dat is niet zo beperkt … Nou, als je dan kijkt naar de afgelopen jaren, dus de jaren 2022 tot 2024, dan is het gemiddeld per jaar 250.000.
IV: Zo, dat is wel een verschil.
RW: En dan denk je: ja, oké, dat is corona. Daarna herstelde die arbeidsmarkt, dus is dat wel vergelijkbaar? Nou, dan kijk je naar de drie jaar vóór de coronacrisis. Dan zat je ook bijna op een kwart miljoen. Dus 241.000, om precies te zijn. En nu ben ik wel heel erg met cijfers aan het strooien, maar 45.000 gemiddeld per jaar is dus eigenlijk ...
IV: Relatief weinig.
RW: Ja, relatief weinig. En dan zeg ik heel eerlijk: ik denk dat ik dan nog aan de hoge kant zit. Want het Centraal Planbureau heeft onlangs ook weer nieuwe inzichten uitgebracht over de economische groei. En steeds meer gaan toch wel geluiden op over de situatie in de wereld om ons heen. Die gaat ons misschien toch wat meer beïnvloeden dan we misschien denken.
IV: Dan gaan we nog even terug naar de prognoses. De groei van de economie komt in de komende jaren dus eigenlijk nog slechts in beperkte mate tot uiting in meer banen. Bedrijven moeten dus het werk anders organiseren. Dat is iets wat wij bij UWV natuurlijk al een tijdje zeggen. Wat zijn nou exact de adviezen, de belangrijkste adviezen die jij zou kunnen geven aan werkgevers enerzijds en werkzoekenden anderzijds?
RW: Voor werkgevers is het cruciaal om te kijken hoe je als bedrijf vooruitkomt door de arbeidsproductiviteit te verhogen. Dat kan bijvoorbeeld door te investeren in technologie en in efficiëntere werkprocessen. Maar eigenlijk gaat het vooral ook om het investeren in mensen. Dat begint eigenlijk met oprechte aandacht voor je mensen en het bevorderen van de motivatie. En als je kijkt naar werkzoekenden, dan is het belangrijk om je te blijven ontwikkelen en open te staan voor nieuwe kansen – of je nou werk hebt of geen werk hebt. En het volgen van trainingen en opleidingen.
IV: Ja, dat is daar natuurlijk erg belangrijk in.
RW: En voor mensen die een baan hebben: de belangrijkste leerschool is eigenlijk de werkplek zelf. En de samenwerking met je collega's. En laten we niet vergeten: de arbeidsmarkt biedt heel veel kansen op dit moment, omdat die nog steeds krap is. Dus zit je niet goed in je vel? Denk je: ik ben toch niet helemaal op mijn plek in deze baan? Ja, er zijn voldoende kansen om ook even verder te kijken dan je huidige functie.
IV: Blijf niet hangen.
RW: Blijf niet hangen als je eigenlijk denkt dat je niet op de goede plek zit.
IV: Rob, mag ik jou bedanken voor je inzichten?
RW: Graag gedaan, Ireen.
VO: Dit was de podcast ‘De arbeidsmarkt ontcijferd’. Abonneren kan via de bekende podcastplatforms. Benieuwd naar nog meer cijfers en verdieping? Kijk dan op werk.nl/arbeidsmarktinformatie. Tot de volgende keer!